Toon Van Overstraeten, dat nooit meer

Bij de verkiezingen van oktober 1985 wordt Toon Van Overstraeten (VU) verkozen tot senator in het arrondissement Nijvel (Waals-Brabant). Foto (c) Laaglander, CC BY SA 4.0

In België moeten de parlementen zich uitspreken over het geldig verloop van de verkiezingen. Het parlement handelt als rechter waartegen geen beroep mogelijk is. Zo gebeurde het in 1985 toen de Frantalige parlementen onterecht weigerden Toon Van Overstraeten (VU) te erkennen. Met dank aan het Belgische kluwen moeten Vuye en Wouters maar liefst zes (!) wetsvoorstellen indienen om deze bevoegdheid van het parlement naar het Grondwettelijk Hof te verschuiven.

Na de verkiezingen beslist elk parlement over de geloofsbrieven van de verkozenen. Dit betekent dat het controleert of de verkozenen voldoen aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden en of de verkiezingen regelmatig zijn verlopen. Het parlement beschikt hiervoor over een ruime bevoegdheid. Zo kan het bijvoorbeeld een hertelling bevelen, zoals het Vlaams Parlement dit doet in 2014 voor sommige stemopnemingsbureaus van de kieskring Vlaams-Brabant. Een verkozene kan worden geweigerd, bijvoorbeeld omdat hij zijn burgerlijke en politieke rechten is verloren.

Dit overkomt August Borms in 1928, wanneer hij bij een tussentijdse verkiezing voor de Kamer wordt verkozen. Het parlement kan ook een verkiezing vernietigen van een bepaalde kieskring. Dit kan, maar gebeurt zelden in de praktijk. De Kamer heeft het laatst dergelijke beslissing genomen in 1890, de Senaat in 1920.

Het parlement is de rechter die oordeelt over het geldig verloop van de verkiezingen. Hiertegen kan men niet in beroep gaan.

Het parlement oefent hier een ‘jurisdictionele functie’ uit. Het parlement is de rechter die oordeelt over het geldig verloop van de verkiezingen. En hiertegen kan men niet in beroep gaan. Zowel het Hof van Cassatie, de Raad van State als het Grondwettelijk Hof oordelen dat ze niet bevoegd zijn. Dit is een exclusieve bevoegdheid van de wetgevende vergaderingen.

Soms loopt het helemaal fout. In 1985 wordt Toon Van Overstraeten voor de Volksunie verkozen in het kiesarrondissement Nijvel. Hij legt de eed af als Senator. Volgens de toenmalige wetgeving is Van Overstraeten ook lid van de Waalse Gewestraad en van de Raad van de Franse Gemeenschap. Beide parlementen zetten Toon Van Overstraeten aan de deur: ze weigeren zijn geloofsbrieven te erkennen. Twee Franstalige parlementen leggen gewoon de bestaande wetgeving naast zich neer.

Over Toon Van Overstraeten hebben we onlangs een column gepubliceerd op Doorbraak.be: ‘Toen Toon Waals Parlementslid werd’.

Grosaru-arrest

En zo komen we tot de kern van de zaak. Wanneer een parlement om politieke redenen de wet naast zich neerlegt, dan is er geen verweer. Men kan de rechter niet vatten. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft geoordeeld dat dit niet door de beugel kan. In het ‘arrest-Grosaru tegen Roemenië’ (2010) beslist het Hof dat de erkenning van de geloofsbrieven in laatste instantie moet beslecht worden door een onafhankelijk en onpartijdig orgaan.

Onze wetsvoorstellen maken het Grondwettelijk Hof hiervoor bevoegd. De parlementen oordelen nog steeds over de geloofsbrieven, maar men kan bezwaar aantekenen tegen de beslissing bij het Grondwettelijk Hof.

Maar België is België: een veelvoud aan parlementen. Om dit te regelen, moeten we maar liefst zes voorstellen indienen. Een verklaring tot grondwetsherziening, drie voorstellen van bijzondere wet (hier, hier en hier) en twee wetsvoorstellen (hier en hier). Een ingewikkeld kluwen, maar we hebben het voor elkaar gekregen. Onze voorstellen zijn ook een beetje een parlementair eerbetoon aan Toon Van Overstraeten.