Ja, er is groei en jobcreatie, maar in vergelijking met 30 andere Europese landen bengelt ons land helemaal achteraan het peloton. Van een trendbreuk met de regering-Di Rupo kunnen we niet spreken. Het begrotingsevenwicht is al twee keer uitgesteld, de staatsschuld blijft boven de 100 %, het tekort neemt toe en de taxshift is niet gefinancierd. “De regering die men voorspeld had, hebben we niet gekregen”, zegt Veerle Wouters in de Kamer.
Hieronder volgt de tussenkomst van Veerle Wouters op de begrotingscontrole 2018, van donderdag 28 juni 2018:
Bekijken we het beleid van deze regering moet ik eerlijk toegeven dat het niet allemaal kommer en kwel is. Er zijn een aantal goede punten, meer bepaald de verbetering van de competitiviteit. Dat mag deze regering volgens mij wel op haar conto schrijven. Maar wat groei en jobcreatie betreft, kan het in vergelijking met andere Europese landen veel beter.
Inderdaad, er is groei en jobcreatie, maar in vergelijking met 30 andere Europese landen staat ons land respectievelijk op de 26ste en 23ste plaats.
De uitleg is dan dat ons land veel beter heeft gepresteerd tijdens de crisisjaren, en we niet kunnen verwachten dat het ook nu beter presteert dan de andere landen. Ik kan slechts vaststellen dat landen die de crisisjaren ook overleefd hebben, vandaag toch beduidend betere cijfers voorleggen dan België. Deze uitleg kan volgens mij dus niet als geldig excuus gelden.
Sanering overheidsuitgaven
Di Rupo had er niet veel van gebakken en deze regering zou het verschil maken op het vlak van de overheidsuitgaven. Welnu, een objectieve analyse leert ons dat er eigenlijk geen trendbreuk is gekomen. De uitgaven in de sociale zekerheid zijn gestegen, waarbij ik graag toegeef dat die stijging ook met de demografie te maken heeft. Ook de uitgaven buiten de sociale zekerheid, exclusief de rentebetalingen, stijgen echter, namelijk met 2 %, terwijl die onder de regering-Di Rupo maar met 1,2 % stegen.
De bewering dat het nu zoveel beter is, is jammer genoeg onwaar. Al had ik er wel op gehoopt.
Al jaren hebben wij kunnen profiteren van een zeer lage rente, maar de huidige staatsschuld zit nog altijd boven de 100%. Volgens de regering is dit niet (langer) de hoofddoelstelling. Ik kan dat enigszins begrijpen maar wij zien dat andere landen ver onder die 100 % zitten en dat wij bij de 4 slechtste leerlingen van Europa zijn in het kader van de staatsschuld.
Begrotingsevenwicht
Het begrotingsevenwicht was dé grote verkiezingsbelofte, maar 2018 werd 2019 en plots werd het 2020. Men was nochtans goed begonnen. Als ik terugblik op de eerste begrotingen waarbij men 11 miljard moest gaan zoeken, dan ging men 75 % daarvan zoeken in een vermindering van de uitgaven en 25 % in nieuwe inkomsten. Dat zat helemaal snor. Men was werkelijk goed begonnen maar en cours de route is men van het traject afgeweken en niet zo’n klein beetje. Bij de begrotingscontrole van 2016 waren er de eerste tekenen van gebakken lucht.
Bij de begrotingscontrole van 2018 moest er een inspanning worden geleverd van 1,4 miljard. De inspanning die wij nu leveren is heel pover want die 1,4 miljard heeft men onder andere gevonden via 826 miljoen aan technische correcties. Dat kent men, die technische correcties, zoals de verrekening van de taxshift met de deelstaten, waarbij men zich ernstige vragen kan stellen. Voorts zijn er voor 353 miljoen herberekeningen. Dat kent men ook en ik hou er mijn hart voor vast, want meestal kloppen ze ook niet.
Hocus pocus pas, en plots zit er 216 miljoen extra in de kas.
Zo kom ik tot de conclusie. Wat bespreken wij vandaag eigenlijk? Een herziening van de begroting voor 256 miljoen, terwijl men gestart is met 1,4 miljard. Er komen voor 256 miljoen nieuwe maatregelen. Ook daar hou ik mijn hart voor vast. Wij kennen die technische berekeningen en die herberekeningen! Zo is er bijvoorbeeld de structurele impact van de voorafbetalingen van de vennootschapsbelasting. Volgens de Nationale Bank kan men 40 % van die voorafbetalingen als structureel bekijken, en zo werd het aanvankelijk in de begroting voor 2018 ingeschreven. Plots wordt dat nu 50 %. Dat is natuurlijk een heel makkelijke maatregel. Hocus pocus pas, en plots zit er 216 miljoen extra in de kas.
Begrotingstekort
Vorige week zei de Nationale Bank dat het begrotingstekort van 1 % wel kan stijgen naar 1,8 % in 2020. Het Planbureau, iets milder voor de regering, had het over 1,7 %. Dit bij ongewijzigd beleid.
U zult mij nu antwoorden dat er nog een beleid volgt. De vraag is: welk beleid?
Zit er nog Dash in de regering? Zult u alles proper proberen wassen en volgend jaar met een propere lei terugkomen? Ik heb daar zo mijn twijfels over.
Ook het Rekenhof stelt vragen over de budgetneutraliteit van de hervorming van de vennootschapsbelasting. Men gaat ervan uit dat ze budgetneutraal is, maar ik vraag mij net als het Rekenhof af of de nieuwe berekening inzake de hervorming van de vennootschapsbelasting op basis van recente cijfers gebeurde? Wij weten allemaal dat oude cijfers van 2014-2015 werden gebruikt. Gaan er straks nog lijken uit de kast vallen?
Taxshift
Is de taxshift gefinancierd? Ik dacht het niet. Wat doen wij nu? Nu schuiven wij snel de kosten voor de extra maatregelen ten bedrage van 264 miljoen door. Deze zijn eenmalig, niet structureel en bijgevolg schuift men ze vanaf 2019 zonder meer door naar entiteit II. Dat betekent dat 265 miljoen niet in de kas terechtkomt, met als gevolg dat de begroting voor entiteit II met dat bedrag op dit ogenblik nog helemaal geen rekening heeft gehouden.
Regering van de gemiste kansen
Intussen is er een akkoord tussen de federale overheid en de deelstaten, om in 2020 naar een begrotingsevenwicht te streven. Dat is heel goed, maar ook niet meer dan dat. Er staat immers niets op papier, er is niets formeel vastgelegd over wie welke inspanningen zal leveren. De woorden zijn er, maar de daden moeten nog volgen. Ik ben benieuwd voor 2020. Bovendien komt de begroting 2019 komt er met rasse schreden aan. De vraag is: zit er nog voldoende dash in de regering om goede maatregelen te nemen?
Wij kunnen de besparingen niet alleen in de sociale zekerheid zoeken. Er is een hervorming van de instellingen nodig.
Ik hoop van harte, mijnheer de minister, mevrouw de minister, dat u deze zomer de moed zult vinden om toch nog stappen te zetten in de richting van een begrotingsevenwicht en dat u daartoe met maatregelen zult komen, want anders is het een gemiste kans en een gemist moment. De regering die men voorspeld had, hebben we niet gekregen. Het is aan u om deze zomer toch nog waar te maken wat de politicologen over deze regering voorspeld hadden.